Afgelopen maandag ging het schooljaar 2022/23 van start. Regio Midden beet dit jaar het spits af. Maandag zat ik veel in de auto en kreeg daarmee via de autoradio de nieuwsbulletins mee. De start van het schooljaar kwam in alle bulletins als eerste item voorbij. En eigenlijk steeds met dezelfde boodschap: de scholen zijn weer begonnen en daarmee ook weer de problemen. Het leerkrachtentekort laat zich gelden. Overigens, even tussendoor, prefereer ik deze term boven de term lerarentekort. Iedereen kan voor iedereen een leraar zijn, wij komen nu geschoolde, gemotiveerde en professionele leerkrachten tekort.
Maar goed, dat even tussendoor. We hebben een tekort. En scholen moeten daar maar mee omgaan.
Scholen met een vierdaagse schoolweek of vier dagen op school en 1 online. Scholen die klassen hebben moeten samenvoegen. Scholen die ondersteunend personeel voor de klas zetten. Schooldirecteuren die er bijna een dagtaak aan hebben om maar iemand voor de klas te hebben. Het probleem wordt steeds nijpender.
En, eerlijk is eerlijk, ik draag bij aan het leerkrachtentekort. Ik ben in het bezit van een PABO-diploma. Ik ben, in de basis, leerkracht. Maar ik werk niet op school. In reacties op diverse social media lees ik terug dat vooral mensen zoals ik (samen met de parttimers…) de schuldigen zijn. “Als iedereen met een PABO-diploma nou eens gewoon voor de klas ging staan, dan…”
Maar zo simpel is het niet. Ik zie mezelf zomaar niet terugkeren voor de klas.
Ik denk ook niet dat er een simpele oplossing is. Er zijn, mijns inziens, een aantal elementen die kunnen bijdragen aan een oplossing.
Laat ik eens beginnen met de administratielast en de bijbehorende werkdruk. En, ik blijf even eerlijk en naar mijn mening schrijven, een deel van die administratielast en werkdruk daarvan is zelfopgelegd. Scholen, besturen, IB en leerkrachten zelf maken het dagelijks leven van de leerkracht soms onnodig lastig. Start with why! Waarom doe je dingen die je doet? Zijn die echt nodig? Kan het ook makkelijker (bijvoorbeeld door een effectieve ICT-inzet)? Niet zinvol? Niet meer doen!
Goed en effectief lesgeven, daar gaat het om. En daar hoort dus ook bij dat je weet waarop je gaat inzetten. Dat vraagt weer om goede inzichten in de vaardigheden en kennis van de leerlingen. Dus administratie is nodig. Punt. Maar de manier waarop je dat doet, kan wel anders. Ik zie leerkrachten handmatig cijfers noteren op uitgeprinte lijstjes en die vervolgens weer in de computer invoeren, zodat ze over een paar maanden (handmatig) op het rapport kunnen worden gezet door dezelfde leerkracht en dat dus 25 keer. Wow, wat een lange omslachtige zin. Ja, dat past bij de beschreven manier van werken. Een goede ICT-inzet kan dat proces bijna volledig overnemen. Een keer invoeren (of digitaal toetsen, dan hoeft zelfs dat niet) en klaar.
Dan het volgende punt. Een goede opleiding voor leerkrachten waar hetzelfde principe op wordt toegepast. Start with why! Ik heb zelf (inmiddels lang geleden) de PABO gedaan, in deeltijd, ‘s avonds met een groep volwassenen (ik was zelfs 1 van de jongsten). Mijn allereerste les was een les bewegingsonderwijs, de inhoud: roodkapje-tikkertje. Ik heb toch echt even op het punt gestaan om me om te draaien en naar huis te gaan. De muzieklessen (3 modules!) bestonden uit het zingen van kinderliedjes en het aanleggen van een lieddossier. Bij handvaardigheid moest ik ooit 3 mensfiguren kleien. En oh ja, ik kreeg ook 1 module ontwikkelingspsychologie. Ik hoop dat het er inmiddels anders aan toe gaat. Met veel aandacht voor didactiek, klassenmanagement (nooit geleerd!), communicatietechnieken, groepsdynamica, pedagogiek en ontwikkelingspsychologie. En dat met moderne middelen.
En ten slotte. Zorg goed voor de mensen die er wel zijn. Een fijne, goed voorziene werkplek. Voldoende ondersteuning in middelen en tijd. Mijn ervaring is, simpel gezegd, dat als je het goed wil doen, dat je dan voor drie dagen lesgeven vier werkdagen nodig hebt.
Maak goed en effectief gebruik van het onderwijsondersteunend personeel. Zij kunnen misschien wel (delen van) lessen overnemen, met de leerkracht als een manager om de koers te bepalen.
Ach, ik weet het ook niet. Het gaat me wel aan het hart. We hebben het hier wel over het opleiden van onze toekomstige bakkers, dronepiloten, dokters, ondernemers en minister-president.
Misschien moeten we dan toch eens even heel creatief, probleemoplossend, sociaal-cultureel, kritisch nadenken en samen tot een oplossing komen? Welke inzichten kun je delen?